Panty's (van de Tsjechische "kalhoty" - broek) zijn een essentieel onderdeel van de garderobe van een moderne vrouw. Het is moeilijk om ons leven voor te stellen zonder dit ondergoed. Als ze goed zijn gekozen, versieren ze niet alleen de benen van vrouwen, maar verbergen ze ook onvolkomenheden en helpen ze het beeld harmonischer te maken.
De twintigste eeuw maakte zijn eigen aanpassingen aan de wereld van de haute couture. Rokken en jurken werden korter, de populariteit van ondeugende vrouwendansen, zoals de cancan, groeide en hoofdbanden werden steeds vaker vervangen door speciale riemen.
Maar bedankt voor het verschijnen van panty's in het leven van Europese vrouwen moet worden gegeven aan de Amerikaanse danseres Ann Miller. In de jaren veertig introduceerde ze iets soortgelijks in gebruik. Ann was een geweldige tapdanseres. Ze kende geen gelijke in deze kunst: de benen van de danseres maakten tot 500 slagen per minuut. De kousenbanden waren niet bestand tegen zo'n snelheid. De kousen krulden lelijk op en zaten in de weg tijdens het optreden. Om de situatie op de een of andere manier te veranderen, naaide de danseres ze aan haar riem.
Maar dit was ook lastig: als er een pijl op de kous verscheen, moest deze worden afgescheurd en vervolgens werd er een nieuwe aan genaaid.Op een dag kwam Edd Miller met een briljant idee: ze verbond kousen en een riem en maakte er een soort broek van die indien nodig uitgetrokken kon worden.
Panty's kwamen iets later naar de massa. Ze zijn uitgevonden door Allen Gent, de eigenaar van een Amerikaanse textielfabriek. In 1953 kondigde zijn zwangere vrouw aan dat ze het huis pas zou verlaten na de bevalling, omdat ze geen kousen kon dragen zonder riem (volgens haar was het onmogelijk om een riem om haar groeiende buik te doen). Toen kwam een ondernemende Amerikaan op het idee om kousen en slipjes te combineren. Hij maakte zijn eerste panty's van dik breiwerk, maar stapte al snel over op nylon. Op 4 september 1959 verschenen deze producten in de winkelschappen.
Tegenwoordig worden panty's gemaakt van spandex (lycra), nylon, polyamide, microvezel, katoen en wol. Ze kunnen effen zijn, met patronen of opengewerkt. Panty's verschillen ook in dichtheid (het wordt gemeten in den). Modellen van 5 tot 20 den worden als de dunste beschouwd; panty's van 200 den of meer worden als de warmste beschouwd.
Er zijn ook functionele pantymodellen die specifieke problemen oplossen. Onder hen:
Bij het kiezen is het belangrijk om te letten op de afwerking van het blad. Er zijn dus modellen met strakke slipjes (korte broeken, strings of kant), hoge of lage taille. De teen, een ander deel van de panty, moet ook strak zitten, omdat in dit gebied het vaakst onflatteuze gaten en pufjes verschijnen.