Een trui is een gebreide trui zonder kraag. Dit is zo handig en vertrouwd dat het zelfs moeilijk is om de garderobe van een vrouw zonder te bedenken. Ze zijn verkrijgbaar in verschillende stijlen en breimethoden. De trui kan eenvoudig worden gebreid met breinaalden of met een haaknaald.
We hebben een trui met onze eigen handen gebreid
Tegenwoordig hebben we onbeperkte toegang tot breipatronen met een gedetailleerde beschrijving van het hele proces. Bovendien zal een ervaren vakvrouw met het oog bepalen hoe dit of dat item moet worden gebreid.
Bijna elk model kan met uw eigen handen worden herhaald; Zelfs een heel dunne draad heeft zijn eigen breinaalden of haak. Er zijn ook speciale breimachines om thuis gebreide artikelen te maken. Het enige obstakel bij het maken van de perfecte trui kan een gebrek aan ervaring zijn, maar deze omstandigheid is tijdelijk en kan worden opgelost.
Modelselectie
Als je nog niet voldoende vaardigheden hebt om complexe patronen en stijlen te breien, ohmaak uw keuze voor modellen met één decoratief element (rapport) of helemaal zonder. Houd er rekening mee dat vlechten en andere patronen er voordeliger uitzien met gewoon garen.
Je kunt wat flair toevoegen aan een eenvoudig product door verschillende draden in verschillende kleuren te gebruiken om strepen of een patroon te creëren. Voor de meest onervaren vakvrouwen kunnen we het gebruik van gemêleerde draden aanbevelen. Strepen ermee zullen vanzelf blijken, omdat verschillende kleuren met een bepaald interval in de streng worden afgewisseld.
Wat de snit van het product zelf betreft, kan één ding worden gezegd: hoe eenvoudiger, hoe beter.. Voor degenen die hun eerste stappen in het breien zetten, is het beter om de voorkeur te geven aan truien met ingezette mouwen, zoals op een gewoon T-shirt of overhemd. Iets meer ervaren breiers kunnen het raglanpatroon onder de knie krijgen.
Selectie van materiaal en gereedschappen
Kies garen en gereedschappen afhankelijk van het truimodel waarin u geïnteresseerd bent. Meestal geeft de beschrijving van het artikel aanbevelingen voor het gebruik van garen, breinaalden of een haaknaald om het effect te bereiken dat u op de foto naast het breipatroon ziet. Voor beginners is het het beste om deze richtlijnen te volgen. Later zul je zelf begrijpen hoe je een strakker of losser breisel kunt krijgen, hoe stof gemaakt van wol of katoenen draad zal liggen, en nog veel meer.
Het product kan worden gebreid van garen:
- katoen (100% en met toevoeging van kunstmatig materiaal);
- wollen;
- halfwol;
- synthetisch (acryl).
Er bestaat zelfs garen gemaakt van teruggewonnen katoen, wat van groot belang zal zijn voor voorstanders van duurzaamheid.
Sommige elementen kunnen worden verkregen met zowel breinaalden als haken. Met elk gereedschap kun je bijvoorbeeld een tricotsteek of luchtige motieven krijgen.Maar vaak worden voor het maken van bepaalde patronen alleen breinaalden of alleen een haaknaald gebruikt.
De volgende soorten breinaalden worden gebruikt:
- direct;
- circulaire;
- kousen
De hoofdstof wordt gebreid op rechte of rondbreinaalden, de keuze hangt hier af van het gemak voor elke naaister. Kousbreinaalden worden gebruikt voor het rondbreien van individuele elementen met een kleine diameter; voor ander werk op gebieden die in een cirkel zijn gesloten, worden rondbreinaalden gebruikt.
Een damestrui breien van mohair
Mohair is een dun, warm garen gemaakt van de pluisjes van Angora-geiten. Producten gemaakt van dergelijke draden zijn licht en erg zacht, en door de speciale structuur van de draad kun je mohairproducten zowel in de winter als in de warmere seizoenen dragen, omdat mohair overtollig vocht goed van het lichaam afvoert.
Referentie! Dergelijke ongelooflijk zachte en donzige wol verscheen in Turkije, namelijk in de provincie Angora. In dit opzicht wordt mohair (garen gemaakt van de pluisjes van angora-geiten) vaak angora genoemd. Dit materiaal is elastisch, duurzaam, brandwerend en kreukt ook niet. Om deze reden wordt angora terecht beschouwd als een vezel van hoge kwaliteit. Door de structuur van geitenwol vind je 100% mohair niet in de winkelschappen. Aan garen worden altijd schapenwolvezels of synthetische vezels toegevoegd.
Speciaal voor beginnende dames hebben we gekozen voor een heel eenvoudig model van een mohair trui met ingezette mouw.
De hoofdstof wordt erin gebreid met dikke naalden nr. 9, dus zelfs zo'n duur garen heeft een beetje nodig - 150 g voor maat 38/40. Voor dit model wordt aanbevolen om draden te nemen die 80% mohair en 20% polyamide bevatten. Eén zo'n streng weegt 25 g en de lengte van de draad is 245 m.
Voor het werk hebben we rechte breinaalden van de volgende maten nodig:
- nummer 6;
- nummer 9.
Fasen van breien
Laten we eerst de lussen berekenen voor het breien van een trui. Om dit te doen, breien we:
Rubber: één voorste lus (LR), dan één averechte lus (IP). Herhaal tot het einde van de rij in deze volgorde. Dit is een 1*1-schema, u moet niet voor het Engelse kiezen.
Gezichtsoppervlak, zoals gewoonlijk, wordt in de voorste rijen (P) de LP gebreid, in de averechte rijen - de IP.
Op breinaalden nr. 9 moet een stuk stof van 10 cm * 10 cm worden verkregen uit 9 lussen en 12 rijen. Meet uw volumes op en bereken het aantal lussen dat u op de eerste rij moet werpen. Het is belangrijker om geen fout te maken met de set eerste lussen, omdat de "hoogte" van het product veel gemakkelijker kan worden aangepast.
Mohair truipatroon
Advies! Bij het berekenen van de lussen die nodig zijn om een trui van jouw maat te breien, adviseren ervaren breiers een groter fragment te breien dan volgens de standaard wordt geaccepteerd (bijvoorbeeld 15 cm * 15 cm). Dan zal de fout bij het tellen van lussen en rijen kleiner zijn.
Rug
We breien een elastische band van 6 cm lang en zetten 60 steken op. breinaalden nr. 6. Vervolgens schakelen we over op naalden nr. 9 en breien we in tricotsteek. In de eerste rij tricotsteek moet u 12 steken gelijkmatig minderen. over de gehele breedte van het product. Nadat we 60 cm vanaf het begin van het product hebben gebreid, sluiten we het armsgat aan beide kanten met 2 steken. Verminder vervolgens in elke tweede rij 2 lussen aan beide zijden van de achterkant (vanaf de rechterrand van het breiwerk - na het breien van de eerste twee lussen, vanaf de linkerrand - vóór de laatste twee lussen). We sluiten de resterende lussen na 76 cm vanaf het begin van het werk.
Voor
Het wordt op dezelfde manier gebreid als de achterkant, alleen na 64 cm vanaf het begin van het breien zijn de middelste 16 steken gesloten. voor een halslijn. We zullen de twee resulterende delen afzonderlijk afwerken.Om dit te doen, is het erg handig om een speciale breinaald te gebruiken, waarop lussen worden verwijderd die niet nodig zijn bij het werk.
Breinaalden
Aan elke resulterende zijde vanuit het midden verminderen we in elke tweede rij eerst 2p., daarna 2*1p. Nadat we 76 cm vanaf het begin van het breien hebben gebreid, sluiten we de schouderlussen af die overblijven na het minderen.
Mouwen
We breien 6 cm elastiek met breinaalden nummer 6, waarbij we 31 steken opzetten. Met naalden maat 9 in tricotsteek breien we de rest van de mouw. Na 16 cm vanaf de opzetrand in 2 steken. voeg 4*1p toe aan de rand aan elke kant. in elke 12e rij. Om de mouwen op te rollen, brei 54 cm vanaf het begin van het breien, sluit u 2 lussen aan beide kanten. Vervolgens minderen we in elke tweede rij 3 keer met 1 steek. op dezelfde manier als voorheen: 2 lussen terugtrekken van elke rand van het product. Nadat we 64 cm mouwlengte hebben gebreid, voltooien we het onderdeel door alle lussen te sluiten.
Productmontage
We maken een van de schoudernaden, vervolgens zetten we op breinaalden nummer 9 65 steken op langs de halslijn en breien we 4 steken. LP. We sluiten de lussen, naaien de tweede schoudernaad, de naad van het nekkoord, evenals de zijnaden en mouwnaden en naaien de mouw vast.
Het mohairproduct is klaar!
We hebben een trui gebreid met een jeugdig “vlecht”-motief
Er is heel een aantrekkelijk brei-element genaamd “vlechten”. Dit patroon is behoorlijk volumineus: het wordt gebreid met gebreide steken door een bepaald aantal ervan tijdens het werk of vóór het werk over te brengen op een extra breinaald, gevolgd door het breien van de uitgestelde lussen. Vlechten zijn behoorlijk populair en worden gebruikt in verschillende elementen van gebreide kleding.
Advies! Een extra breinaald kan worden vervangen door veel beschikbare gereedschappen. U kunt hiervoor bijvoorbeeld een gewone haarspeld gebruiken.
Voor ons artikel we kozen voor een trui met kabels en Keltische decoratieve patronen. Ook in dit model kunnen beginnende naaisters het parelpatroon onder de knie krijgen.
Voor maat 38/40 moet je beschikken over:
- rechte breinaalden nrs. 6 en 7;
- rondbreinaalden nr. 6;
- halfwollen garen (75% wol en 25% acryl), strenggewicht 50 g per 85 m, we hebben 500 g garen nodig, d.w.z. 10 strengen.
Breidichtheid en truipatroon
Fasen van breien
Voor- en achtersteek zoals gebruikelijk gebreid volgens het patroon.
Parel patroon. Wissel 1 LP en 1IP af, waarbij de lussen in elke voorste rij één keer worden verschoven. Het IP zal dus boven de LP liggen en omgekeerd.
Plank bevat 5 rijen: 3 rijen verbonden via IP en 2 rijen via LP.
Patronen
Vlecht 1.
Schema 1
De vlecht is gebreid volgens patroon 1 en het aantal lussen in het patroon aan de basis zal minder zijn (14 steken) dan na de 11e rij (18 steken). Volgens de traditie tonen de diagrammen de eerste rijen; het patroon moet worden herhaald op de achterkant van het breiwerk. In Vlecht 1 wordt het bereik van rijen 1-20 één keer gebreid, waarna het patroon wordt herhaald van 13 tot 20 over de gehele lengte van het product.
Symbolen voor diagrammen
Zeis 2.
Schema 2
De techniek voor het maken van dit patroon is vergelijkbaar met die hierboven beschreven, maar rekening houdend met de verschillen in patroon 2.
Spuug 3 (bevindt zich in het midden van de voorkant van het product).
Schema 3
We breien een vlecht volgens patroon 3, vanaf de 11e rij neemt het aantal lussen toe van 15 naar 24, en vanaf de 51e rij neemt het af naar 23.
Het patroon wordt 1 keer uitgevoerd en eindigt met steeksteek vanaf IP.
Rug
Op breinaalden nummer 6 zetten we 57 steken op. We breien volgens het patroon: 1 randlus (KP) + 14p. “Scythe 1” + 3 IP + 3 LP + 15p. “Scythe 3” + 3 LP + 3 IP + 14p. “Zeis 2” + 1 CP. Voor grote springmaten worden PI's na en vóór de CP toegevoegd.
Na 5 cm (10 roebel) vanaf het begin van het breien, vervangen we de breinaalden door dikkere (nr. 7). Tussen de patronen breien we IP. Voor een grotere trui wordt na de randsteken een parelpatroon gebreid. Na 23.00 uur op de naalden zijn er 74 steken.
Op de 43e rij (21,5 cm vanaf het begin van het breien) begint het verschuiven van de patronen “Braid 1” en “Braid 2” naar het midden. Dit bereiken we door lussen voor en vóór de vlechten toe te voegen en af te trekken. Namelijk:
– voeg vóór “Scythe 1” 1 LP toe;
– na “Braid 2” voegen we 1 gekruist IP toe.
Vervolgens wordt het parelpatroon gebreid.
In dezelfde rij, na "Vlecht 1" en vóór "Vlecht 2", combineren we 2 steken en breien ze IP. Houd er rekening mee dat het totale aantal lussen niet verandert!
De hierboven beschreven handelingen worden in de volgende volgorde herhaald:
- in elke vierde rij (3 keer);
- elke seconde (4 keer);
- 1 keer in de volgende vierde rij;
- 1 keer in de volgende seconde;
- in elke vierde rij (3 keer);
- in elke zesde (2 keer);
- eenmaal in de volgende achtste rij.
Rekening houdend met de minderingen in het hierboven beschreven Braid 3-patroon, blijven er 73 steken over op de breinaalden.
Op de 92e rij (47 cm) vanaf het begin sluiten we symmetrisch in 3 steken. voor armsgaten, daarna, in elke tweede rij en één keer 2p. en 1p. Daarna 2 keer 1 p. in elke vierde rij. Als gevolg hiervan zou 57p moeten blijven bestaan.
Wij sluiten om 19.00 uur. in het midden van het breien op een hoogte van 65,5 cm (128 roebel) vanaf het begin van het breien, eindigen we beide zijden afzonderlijk van elkaar.
In de volgende tweede rij sluiten we 3p. om de rand in de nek rond te maken. Herhaal voor de andere kant.
Na 132 rijen (67,5 cm) vanaf het begin van het breien, sluiten we de 16 steken af die nog op de breinaalden zaten.
Voor
Op dezelfde manier gebreid als het deel dat hierboven is beschreven. Het enige verschil is een diepere hals, die wordt bereikt door de middelste 9p te sluiten. op een hoogte van 59,5 cm (116 roebel), en dan door de eerste rij 1*3p., 1*2p., 3*1p.
Advies! Als je het breien van dit patroon wilt versnellen, kun je de achterkant met een parelpatroon breien, en de voorkant, zoals hierboven aangegeven in de beschrijving.
Mouwen
De hoofdstof van de mouw is gebreid op naalden nr. 7 met een parelpatroon.Maar daarvoor zetten we 25 steken op dunnere naalden maat 6. en brei 5st. (2 cm) met het patroon “Plank”. We beginnen met een aantal individuele ondernemers.
Vanaf de balk in elke 14e rij voegen we 6*1p toe. tot een totaal van 37p.
Na het breien van 100r. (46,5 cm) vanaf de balk sluiten we symmetrisch 1 p., dan in elke tweede rij 3 * 1 p., in elke vierde 3 * 1 p., in elke seconde - 3 * 1 p. en 2*2p.
Na 130 wrijven. (60,5 cm) vanaf de balk voltooien we het breien en sluiten we de laatste 9 steken.
Productmontage
Naai de voor- en achterkant langs de schouders.
Op rondbreinaalden om de plank te voltooien, zetten we 55 steken op van de resulterende halslijn en breien we 3 steken. IP in een cirkel. Sluit met gebreide steken.
Naai de mouwen vast en voltooi de resterende naden.
Een spectaculaire en warme trui is klaar! Draag het voor uw gezondheid!
0
